Bereiding
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Smeer de vormpjes in met een dunne laag boter. Let er op dat de boterlaag egaal verdeeld is, doe dit eventueel met een vinger. Vul de potjes met wat suiker, en giet de suiker al draaiend van het ene naar het andere potje, zodat de vormpjes aan de binnenkant bedekt zijn met een laagje suiker.
Scheid de eidooiers van de eiwitten. Meng 50 gram Grand Marnier door de eidooiers.
Meng in een pan de melk, 62 gram suiker, 25 gram Grand Marnier en de bloem en meng dit goed door tot de klontjes er uit zijn.
Zet de pan op laag vuur en verwarm het mengsel al roerend tot er een stevige massa ontstaat. Doe een klein beetje van dit beslag door het mengsel van Grand Marnier en eidooiers en roer goed door (dit is het zogenaamde ‘familie maken’). Voeg daarna dit mengsel in z’n geheel toe aan de rest van het verwarmde beslag.
Klop de eiwitten in een brandschone bekken op met 25 gram suiker. Als de eiwitten goed in volume zijn toegenomen voeg je de overige 50 gram suiker er langzaam aan toe.
Nu gaan we opnieuw ‘familie maken’: doe 1/3 deel van de opgeklopte eiwitten bij het beslag en roer dit rustig door met een garde. Spatel daarna de rest van de opgeklopte eiwitten er door.
Vul de vormpjes tot aan de rand met het beslag en tik zachtjes op de onderkant van de vormpjes om eventuele luchtbellen er uit te slaan. Zorg dat de randjes goed schoon zijn en het beslag goed egaal verdeeld is aan de bovenkant.
Zet de vormpjes in de oven en bak ze 8 minuten. Let op: doe nóóit de oven tussendoor open! Haal de vormpjes uit de oven en bestrooi met wat poedersuiker.
Het beslag kan eventueel vantevoren al gemaakt worden: de gevulde vormpjes kunnen tot 3 uur worden bewaard in de koelkast.